Kunst als taal van transformatie
"Kunst is taal voor het onbenoembare. Soms in beelden, soms in muziek, soms in een onverwachte ontmoeting die alles verdiept."
8/26/20252 min read


Kunst als taal van transformatie
Hoe beschrijf je datgene wat zich niet in woorden laat vatten? Wie zich met bewustzijnswerk bezighoudt, weet dat taal vaak tekortschiet. Toch is het precies daar dat kunst haar kracht toont: zij geeft taal aan het onbenoembare. Een schilderij, een lied, een ritueel kan uitdrukken wat logica nooit kan raken. Kunst is geen versiering, maar een medium. Een vorm van weten en ervaren die ons rechtstreeks verbindt met transformatie.
Onze cultuur denkt graag in lijnen: begin, midden, einde. Maar in bewustzijnswerk ervaren we dat het leven zich eerder circulair ontvouwt. Wat begint, keert terug, niet identiek, maar verdiept, als een spiraal. Elke crisis, elke ontmoeting, elke keuze is tegelijk een herhaling én een nieuwe mogelijkheid. Kunst weerspiegelt dit circulaire karakter. Een melodie die zich herhaalt maar nooit hetzelfde is. Een verhaal dat eindigt en tegelijk een nieuwe laag opent.
Niet toevallig — of misschien juist wel — kwamen onlangs Zarathustra en het tetralemma op mijn pad, door een ontmoeting die als een sleutel voelde. Plots werd duidelijk hoe beide samen een ander licht werpen op bewustzijnswerk.
Nietzsche’s Also sprach Zarathustra is geen droge filosofie, maar een visionair kunstwerk dat spreekt in beelden. De slang belichaamt de eeuwige terugkeer: transformatie, dood en wedergeboorte. De arend staat voor visie en hoogte: het vermogen om boven het gewone uit te stijgen en het grotere patroon te zien. Samen tonen ze dat bewustzijn altijd twee bewegingen kent: de transformatie die uit de diepte komt en de visie die uit de hoogte neerdaalt.
In die zin ademt Zarathustra dezelfde geest als sjamanisme. Ook daar wordt gewerkt met symbolen en dieren, met rituelen en cirkels. De sjamaan trekt zich terug, ontvangt visioenen, keert terug naar de gemeenschap en gebruikt taal, zang of beeld om te openen waar gewone woorden tekortschieten. Zo ook Zarathustra: hij wordt begeleid door zijn diergidsen en keert terug met een boodschap die bedoeld is om wakker te schudden.
Het tetralemma bood mij tegelijk een ander soort kompas. Waar een dilemma ons dwingt te kiezen tussen twee uitersten, opent een tetralemma vier mogelijkheden: dat iets zo is, dat iets niet zo is, dat beide tegelijk waar zijn, of dat noch het een noch het ander geldt. Dat vierde perspectief tilt ons uit het zwart-wit denken. Het nodigt ons uit paradoxen te dragen en het leven te zien zoals het werkelijk is: circulair, gelaagd, transformerend.
Voor mij is ontwaken daarom geen eindpunt, geen vaststaand antwoord, maar een kunstvorm. Ik noem het de healing arts: de kunst van bedding scheppen. Een veld waarin bewustzijn kan ontwaken, waarin transformatie en visie elkaar ontmoeten, waarin we leren luisteren naar de taal van het onbenoembare.
De slang leert ons telkens opnieuw sterven en geboren worden. De arend herinnert ons aan de hoogte en het perspectief. Het tetralemma opent de vrijheid voorbij tegenstellingen. En kunst zelf — in welke vorm dan ook — geeft ons een taal die ons hart begrijpt, ook wanneer het hoofd zwijgt.
Ontwaken is geen rechte lijn. Het is een voortdurende cirkel. Geen eenduidig antwoord, maar een kunstwerk in wording. Een uitnodiging om telkens opnieuw ja te zeggen tegen het leven, in al zijn paradox en schoonheid.
